Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Gij mensenkind; wijs den huize Israels [26]dit huis, opdat zij [27]schaamrood worden vanwege hun ongerechtigheden, en laat ze het patroon afmeten. 26. Dat is, het gezicht van de gedaante van dit huis, en maak hun bekend het oogmerk en de verklaring van die. Zie boven hfdst.40 vs.4. 27. Door betrachting van hunne onwaardigheid [gelijk volgt], en deze mijn grote onverdiende onbegrijpelijke genade, die Ik mijn volk beloof en zo zekerlijk in het toekomende zal bewijzen, als Ik u dit nieuwe gebouw heb vertoond, en zij het model daarvan door u zullen ontvangen, en uit alles klaarlijk kunnen merken dat het niet uw verzinsel, maar mijn werk is. 28. Of, de gestaltenis, hebbende zijn behoorlijke proportie, fatsoen, of vorm, maat, enz. [vergelijk 2 Kron.24:13], zoals gij het nu gezien hebt.